James Bond

Evean Inzicht, april 2007

‘Ken je mij niet van televisie dan?’

Ik was al urenlang in gesprek met Laura, over filosofie en schrijven, de zin van het leven, en ondertussen moest ik oppassen niet te verdrinken in haar diepbruine ogen. Al sloeg ze me dood; ik kende haar niet van televisie.

‘Ach nee, schrijvers en filosofen halen natuurlijk hun neus op voor soaps,’ zei ze plagend.

 

Laura is ook filosofe. En intelligent en beeldschoon en model en soapactrice. Kortom, de wereld ligt aan haar voeten. Maar daar heeft ze moeite mee. Acteren, filosoferen, schrijven, zingen; ze wil het allemaal. Maar ze kan niet kiezen, weet niet wat ze écht wil.

‘Wat zou jij me adviseren?,’ vroeg ze.

‘Een tijdje de verpleging in,’ zei ik. ‘Dan ervaar je waar het leven werkelijk om draait.’

‘Dat heb ik al gedaan. Verpleegster in GTST,’ riep ze triomfantelijk.

‘Dat is niets vergeleken bij de real life soap van het verpleeghuis,’ zei ik.

‘Als ik ooit in een rolstoel zou belanden, zou ik er direct een eind aan maken.’

‘Dat vind ik een belediging voor James Bond,’ zei ik.

 

Laura’s ogen werden als kastanjes zo groot.

 

Ik vertelde haar over ‘mijn’ James Bond, een vrouw van ongeveer 70 jaar die woont in kamer 007 in een verzorgingstehuis in Wormerveer. Ze dankt haar bijnaam niet alleen aan haar kamernummer, want James, die al 20 jaar in een rolstoel zit, is in haar gemotoriseerde stoel een behendige snelheidsduivel. Ze scheurt door de gangen van het tehuis, en ze is met haar aanstekelijke vrolijkheid voor bewoners een steun en toeverlaat. Zelden heb ik een vrouw ontmoet die zoveel wilskracht, levenslust en optimisme uitstraalt. En zelden heb ik iemand ondanks alle beperkingen zo van het leven zien genieten als James. Daarmee is ‘mijn’ James sterker en vooral échter dan de wereldberoemde filmheld.

 

Schreef een groot filosoof niet dat een mens zijn essentie pas echt ontdekt wanneer hij wordt terugworpen op zichzelf?

 

Laura keek me indringend aan: ‘Je vindt me een verwend kreng, hè?’

‘Geen kreng. Wel verwend.’

‘Je hebt gelijk. Misschien moet ik mezelf inderdaad een tijdje nuttig maken voor mensen als James.’

Ik knikte en op de vraag van Laura waarom ik lachte, zei ik dat ik het beeld al voor me zag: mijn James Bond schaterlachend in de touwen van de Sara mobile die bediend wordt door een verpleegster uit GTST.